Begeleiding familiedragers

In dit onderdeel grijpen we kort terug naar het stappenplan en de instructies die je aan de familie kunt geven.

Tijdens de dragermomenten zijn de familiedragers in onze ogen het leidend voorwerp. Alle aandacht van de uitvaartbegeleider moet zijn gericht op hen rustig begeleiden bij hun eervolle taak. 

Positie
Schouderen:
Stel de mensen op in volgorde van lengte. Langsten achteraan, kleinsten vooraan. De mensen die naast elkaar staan moeten zo goed mogelijk van dezelfde lengte zijn. Let op schouderhoogte in plaats van hoofdhoogte.

Rijdende baar:
Stel de mensen in dit geval liever op in volgorde van kracht. Sterksten achteraan, minst sterken vooraan.

Weg vrij?
Vooral bij aankomst bij een kerk of begraafplaats kan het een aardig onoverzichtelijke boel zijn. Zet daarom eerst de familie en andere gasten op geschikte afstand voordat je de instructies geeft aan de familiedragers. Zo kunnen de mensen het allemaal goed zien en hoef je tijdens het lopen niet mensen opzij te mennen. 

Het stappenplan

  1. Zet in positie
  2. Maak bewust
  3. Stel gerust
  4. Instructie per handeling
  5. Blokkeren & Sturen & Gebaren
  6. Bedanken & Complimenteren

Maak bij de eerste gelegenheid grapjes en maak het luchtig. Daar snakken mensen over het algemeen naar!

De woorden die goed werken:

De combinatie van de woorden 'handvat vastpakken met gezicht/rug naar mij', krijgt de dragers vrijwel altijd direct in de juiste positie. 
Een woord als 'alstublieft' kan worden gebruikt voor momentaanduiding. Maar gebruik van tonatie en korte duidelijke instructies komen vaak natuurlijker over.